De vijf V's bij groepsinterventies

Door op het juiste moment te verduidelijken, verbreden, verdiepen, verbinden of verkorten, kan een facilitator het groepsproces versterken.

 
Toepassingsgebied: 

Om de interactie in de groep te bewaken, kan de facilitator gebruik maken van de vijf V’s voor groepsinterventies. 

Korte beschrijving van de werkwijze: 

De vijf V’s geven een aantal aangepaste vragen voor verschillende situaties in groepsinteracties.

  1. Verduidelijken
    • Hoezo?
    • Kan je daar een voorbeeld van geven?
    • Hoe bedoelt u precies?
  2. Verbreden
    • Hoe kunnen we dit nog bekijken?
    • Zijn er nog andere invalshoeken?
    • Waaraan kunnen we dit nog linken?
    • Wat is dan de volgende stap?
  3. Verdiepen
    • Waarom is dat zo?
    • Wat is er concreet veranderd wanneer het probleem is opgelost?
    • Wat is daarvan, volgens jou, een onderliggende oorzaak?
  4. Verbinden
    • Hoe sluit wat je nu zegt aan bij wat … vertelde?
    • Welke standpunten sluiten bij elkaar aan?
    • Hoe hebben we deze bijeenkomst ervaren?
  5. Verkorten
    • Wat is voor jou de essentie van dit idee?
    • Hoe zou je dit kunnen samenvatten?
    • Laat ons samenvatten: wie doet wat wanneer?

 

Effecten: 

Groepen hebben soms de neiging om af te dwalen of om vast te lopen in details.
Door deze richtsnoer kan de facilitator, afhankelijk van de situatie, de discussie snel terug op het juiste spoor krijgen.
Door de juiste interventies kan je bijvoorbeeld stillere medewerkers betrekken en luidere medewerkers temperen.
 

Sterke punten van dit instrument: 
  • Dit instrument is een handige richtsnoer voor de facilitator die makkelijk te onthouden is en nagenoeg in elke situatie toepasbaar.
Eventuele aandachtspunten: 
  • Het vergt een constante aandacht voor de kwaliteit van de interactie en een snelle diagnose om snel de juiste vraag te stellen aan de groep. Dit vergt enige oefening.
     
Meer informatie: 

Verder lezen: