STARRT-methode

 
Toepassingsgebied: 

De STARRT-methode wordt vooral bij rekrutering en selectie gebruikt, en wil het toekomstige gedrag van de betrokkenen in bepaalde situaties leren kennen. STARRT kan zich echter ook toespitsen op de acties zelf en nuttige informatie opleveren voor het BLITS-probleem.

Korte beschrijving van de werkwijze: 

Via een persoonlijk of groepsinterview wordt in STAR gepeild naar een feit of activiteit, al dan niet lijkend op de BLITS-methodiek, uit het liefst recente verleden waar het individu of de groep een uitstekend resultaat behaalde. De daar gevolgde methodiek kan inspirerend werken om het BLITS-probleem aan te pakken.

STAR kent vier fasen:

  • Situatie: een zo concreet mogelijke beschrijving van de succesvolle methodiek/ingreep
  • Taak: precieze omschrijving van de taakverdeling van de  betrokkenen en hoe hiertoe gekomen is
  • Actie: welke acties werden ondernomen? Welke fasen doorliep de aanpak?
  • Resultaat: welk effect had de aanpak? Hoe verbeterde de situatie

Via een 5e en 6e fase kan je het proces vervolledigen:

  • Reflectie: weging en eventueel nog verbetering van de methode
  • Transfer: welke elementen uit de aanpak kan interessant zijn en overgedragen worden op het BLITS-probleem?
Effecten: 

Door het gebruik van deze methode, krijg je een nieuwe (soms verrassende) insteek om het probleem te behandelen, wanneer andere denkprocessen vastgelopen zijn. Je werkt op basis van behaalde successen, en dus wordt het overtuigend en motiverend en een sterke vorm van leren. Daarnaast werkt het waarderend en stimulerend voor de betrokkenen.

Sterke punten van dit instrument: 
  • Ruim toepasbaar, zeer veel mogelijkheden, mogelijke meerwaarde kan uit een totaal andere hoek komen.
  • Individuen en groepen komen snel met voorbeelden, net omwille van het sterk waarderende: het is ook een ‘opfrissing’ van de eigen sterkten en stimuleert het zoeken naar oplossingen.
     
Eventuele aandachtspunten: 
  • Vergt goede voorbereiding, gerichte vraagstelling en creatieve sturing om ‘ontsporing’ te voorkomen.
  • In BLITS-toepassing best als groepsgesprek invoeren, voor de hele groep of gerichte subgroepjes.
     
Nodige materialen: 

Schrijfmateriaal, eventueel flipchartpapier en stiften

Nodige ruimte, opstelling: 

Lokaal, groep mag niet gestoord worden in het proces

Duur: 

Korte sessies van een uur, zeer resultaatsgericht geleid

Meer informatie: 

Bronnen:

  • Wanda Kraal, Saartje Van den Heuvel, De Star-methode, 2008

Verder lezen: